AdvoTip: Tattoo Opa

27 maart 2019

Tattoo-opa en het beschonken kleinkind: lachgas!

Opeens weten we weer waarom we levenstestamenten maken, en vooral in het zuiden. We zullen maar geconfronteerd worden met een door de overheid aangestelde beschermingsbewindvoerder die ons verbiedt om een leuke tattoo te laten zetten of lachgas te gebruiken. Grootouders zijn immers niet allemaal zo met de tijd meegegaan als Ria Bremer (Stuif es in, Vinger aan de pols) die in de Margriet (2017-27) liet weten dat ze bij de geboorte van ieder kleinkind een lieveheersbeestje op haar bovenarm laat tatoeëren:

‘Binnenkort moet ik weer naar de tattooshop, want kleinkind nummer vier is onlangs geboren.’

Mooi toch. Een BN-oma met een tattoo. In recente rechtspraak kwamen we echter ook een opa tegen die heel anders tegen tatoeages aankeek. Hij schonk graag aan zijn kleinkinderen maar niet ongeclausuleerd en zeker ook geen grote jubelbedragen. Gewoon, kleine vrijgestelde bedragen van ongeveer € 2.000. Deze opa nam bij zijn schenkingen wel heel zware, medisch getinte, spelregels op voor een gezond leven. Het woord ‘gift’ stamt niet voor niets af van het woord ‘vergif’. Het is sowieso altijd maar de vraag vanaf welke bedragen men een genotsvoorkomend leven wil leiden. Niet iedere opa en oma is een schenkende bourgondiër. Verwonder u dan ook over de navolgende spelregels die in de vorm van een bewind bij de schenking werden opgenomen, Rechtbank Gelderland 4 januari 2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:22, zag het ‘na oud en nieuw’ als volgt:

‘HOOFDSTUK 2. SCHENKINGSOVEREENKOMST
De schenkers en de begiftigde sluiten hierbij een overeenkomst van schenking. Ter uitvoering van deze overeenkomst betalen de schenkers ten laste van de tussen hen bestaande huwelijksgemeenschap aan elke begiftigde een bedrag van twee duizend een honderd zeven en veertig euro (€ 2.147,00). Het bedrag van twee duizend een honderd zeven en veertig euro (€ 2.147,00) per begiftigde, alzo totaal een bedrag van acht duizend vijf honderd acht en tachtig euro (€ 8.588,00) is door de schenkers betaald door storting op hun gezamenlijke rekening met nummer (…).

HOOFDSTUK 3. BEPALINGEN SCHENKINGSOVEREENKOMST
De schenkingen zijn gedaan onder de navolgende VOORWAARDEN Al hetgeen uit de onderhavige schenking wordt verkregen, waaronder begrepen de revenuen en herbeleggingen daarvan, zal onder bewind staan. (…) Met betrekking tot dit bewind gelden de volgende bepalingen: a. Het bewind vangt heden aan en eindigt als de jongste van de onderbewindgestelden de leeftijd van vijfendertig (35) jaren heeft bereikt. In tegenstelling tot het vorengenoemde geldt het bewind levenslang indien de begiftigde:

  1. verslaafd is aan drugs of verslaafd is geweest;
  2. verslaafd is aan alcohol of verslaafd is geweest en/of zich in coma heeft gedronken;
  3. verslaafd is aan roken, lachgas of inhaleren van andere schadelijke middelen voor de gezondheid;
  4. zich met meer dan één tatoeage heeft laten ontsieren groter dan twintig vierkante centimeter (20 cm2);
  5. door géén gebruik te maken van zijn of haar talenten en zich niet ingespannen heeft om op basis van zijn of haar capaciteiten een eigen inkomen te genereren;
  6. door slecht beheer van zijn of haar financiële middelen een registratie heeft bij de Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR); een registratie bij de Stichting Bureau Krediet Registratie geldt niet indien die tot stand is gekomen omdat men goederen heeft gekocht op afbetaling;
  7. zijn of haar gezondheid dusdanig heeft verwaarloosd zodat ten gevolge daarvan zijn of haar body mass index (BMI) meer bedraagt dan vijf en twintig (25) voor vrouwelijke begiftigden of acht en twintig (28) voor mannelijke begiftigden of morbide obesitas heeft;
  8. met justitie in aanraking is geweest en middels een veroordeling een strafblad heeft gekregen;
  9. door haat of zijn onverantwoord rijgedrag zwaar lichamelijk letsel en schade heeft toegebracht aan zichzelf of aan derden. Indien de begiftigde vijf (5) jaar na de constatering van de punten 1. tot en met 8. hiervoor genoemd aan kan tonen dat hij of zij ontdaan is van de zaken zoals in deze punten gemeld, dan wordt het bewind over het vermogen opgeheven ten gunste van de begiftigde en gelden de gewone regels zoals onder a. genoemd. (…) h. (…) (…) Het geld mag worden aangewend voor een studie met dien verstande dat de uitkering jaarlijks niet meer mag bedragen dan één vijf/tiende (1,5) keer de leenbeurs die dan geldt van de Rijksoverheid. Een uitkering voor studie mag maximaal twee (2) jaar worden gedaan, indien géén vooruitgang is gemaakt met de studie. Indien verzorging vereist is die niet wordt betaald uit de ziektekostenverzekering of andere sociale wetgeving, dan mag het bedrag worden aangewend tot maximaal het bedrag van het thans geldende persoonsgebonden budget. Indien het kapitaal niet wordt gebruikt voor a) de eigen woning; b) studie; c) verzorging; dan dient het vermogen/kapitaal te worden aangewend voor het verkrijgen van een pensioenvoorziening die ingaat op de vijf en zestigste (65e) verjaardag van de verkrijger. (…) m. Het is de wens van de schenkers dat deze bepalingen omtrent het bewind ook gelden voor de eerder gedane schenkingen aan de kleinkinderen. (…)’

 

Poeh, poeh... Daar wordt zelfs een doorgewinterde advocaat even stil van. De begiftigde moet blijkbaar regelmatig op de weegschaal, mag niet meer lachen en krijgt onder omstandigheden zelfs een ‘levenslang’ bewind aan de broek. Kleine tatoeages mogen blijkbaar weer wel? Zo streng zijn opa en oma dan toch ook weer niet... Een glaasje wijn mag ook als het maar geen coma-‘zuipen’ wordt. Het morbide-obesitas-bewind is geboren. Deze modelvariant kenden we nog niet. De kantonrechter is om machtiging gevraagd voor de aanvaarding van deze schenking onder bewind. Maar eerst: wat vindt de moeder van de kinderen, in haar hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger, hiervan? 

‘Beknopt weergegeven heeft zij meegedeeld de voorwaarden niet gepast te vinden. Zij is het eens met de strekking, maar zij is van mening dat dit niet als eis geformuleerd hoeft te worden in een schenkingsakte. Ook is zij het niet eens met de bepaling dat de voorwaarden ook gelden voor de eerder gedane schenkingen. Gelet op het voorgaande overweegt ze niet te tekenen voor de akte.’

Saillant detail is dat het machtigingsverzoek niet door de ouders, maar door de grootouders is gedaan. Ze zijn derhalve niet-ontvankelijk. Zie artikel 1:253k jo. artikel 1:345 lid 1 aanhef en onder c BW, waaruit volgt dat de ouders voor deze rechtshandeling, inhoudende het namens de minderjarige aannemen van een making of gift, waaraan lasten of voorwaarden zijn verbonden machtiging van de kantonrechter nodig hebben. Ondanks dat het verzoek niet-ontvankelijk is geeft de vaderlijke kantonrechter (in zijn overuren) wel een prikkelende overweging ‘ten overvloede’ mee. Waarschijnlijk om de betreffende opa en oma nader op te voeden ofwel te ‘belehren’.

Luister stilletjes mee...

‘Op grond van artikel 1:356 BW kan de kantonrechter een machtiging zoals verzocht slechts verlenen, indien dit hem in het belang van de minderjarige noodzakelijk, nuttig of wenselijk lijkt te zijn. De kantonrechter overweegt dat de in de conceptovereenkomst opgenomen voorwaarden niet in het belang van de minderjarige zijn. Immers, het is volstrekt onduidelijk door wie en hoe wordt bepaald of de voorwaarden zijn vervuld. Verder druist het achteraf van toepassing verklaren van voorwaarden op eerdere schenkingen in tegen de regels van het opgewekt vertrouwen. De kleinkinderen en/of hun wettelijke vertegenwoordigers hebben er op mogen vertrouwen dat zij eerdere schenkingen zonder voorwaarden hebben aanvaard. De gevraagde machtiging zou daarom niet verleend zijn. De schenkingsovereenkomst zal overigens door verzoekers zijn ingegeven vanuit de beste bedoelingen, maar de voorwaarden neigen naar een financieel dwangmiddel om aan de kleinkinderen tot (bijna) in lengte van dagen op vele gebieden een levensstijl op te leggen zoals verzoekers die voorstaan. Het komt de kantonrechter voor dat er pedagogisch andere middelen zijn om (klein)kinderen de juist geachte levensstijl mee te geven.’

Deze beladen kwestie mag overigens niet verward worden met de Tattoo-opa die van de school niet mee mocht naar de spreekbeurt van zijn 10-jarige kleinzoon, omdat de tattoos van opa te confronterend zouden zijn voor de kinderen (AD.nl, Ron Hemmink, 10 februari 2016). Zouden deze tattoos niet binnen de lijntjes van twintig vierkante centimeter gebleven zijn?

Ook hier geldt weer: het is maar van welke kant je het allemaal bekijkt. Vanuit de opa’s of vanuit de kleinkinderen.

Tot de volgende keer!

Prof. mr. dr. B.M.E.M. Schols
ScholsBurgerhartSchols Estate Planning
Radboud Universiteit


terug naar overzicht verhaaltjes